DROGE TIJDREIS
Gaston was een uitvinder met van die
geniale invallen die helaas gedoemd zijn om altijd te mislukken. Toen hij nog
adolescent was, ging hij de alchemistische toer op: probeerde een klomp lood in
een klomp goud te transformeren. Dat lukte niet en hij besloot toen maar om op
zoek te gaan naar de Steen der Wijzen. Bij het vernemen van het nieuw project,
merkte zijn vader zuchtend op:
- Steen der Wijzen? Tja jongen … dat heb jij inderdaad hoognodig
van doen.
Onlangs had Gaston op zolder een
ouderwets telefoontoestel gevonden.
- Toch veel mooier dan zo'n lullige GMS?
- Dateert nog van voor den oorlog 14-18. Behoorde aan jouw
grootouders. Jouw oma zal daar indertijd wel veel tegen getetterd hebben. En
tetteren kon ze! Haar dochter ook trouwens. Tja die grootouders van jou. Hij
is met door gas aangevreten longen uit den oorlog teruggekomen. Heeft nog net
lang genoeg geleefd om een kind — ons ma — te maken. Paar maanden later was ie
dood. Zij is van verdriet zot geworden. Zag in bijna elke man heur Eugène. En
wou met hen naar bed. Enfin ze kan er maar deugd aan beleefd hebben.
Gaston kreeg weer een van zijn geniale invallen.
- Als ik dat telefoontoestel op mijn computer kan aansluiten,
krijg ik misschien verbinding met de cyberspace van begin 20 ste
eeuw. Door de hypertijd zou ik dan naar die periode kunnen reizen.
Logisch toch?
- Tja jongen … van computers heb ik geen kaas gegeten. In mijne
tijd bestonden zulke dingen nog niet.
Wekenlang zwoegde Gaston aan zijn
tijdmachine. Eindelijk kreeg ie verbinding. Hij nam de hoorn op ...
"
Deel 2